Praten met twee monden, of koud en heet uit eenen mond blazen (zich niet gelijk blijven). |
Praten met alle monden, of huilen met den wolf waarmee men in het bosch is. |
Praatjes vullen geen gaatjes, of praten vult den buik niet. |
Palm in het vuur leggen (in der minne bijleggen). |
Pompen of verzuipen (alles op het spel zetten om zich te redden). |
Pastoor zegent zich zelven eerst (voor zich het eerst zorgen). |
Paarden, die de haver verdienen, krijgen ze niet. |
Praten is geen geld, of woorden zijn geen oorden. |
Panneke vet (weelderig leren). |