t'Vermaeck der jeught(1612)–Boudewijn Jansen Wellens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 10] [p. 10] Dedicatie. GAet heen gheluckich boeck, in die snee-witte handen, En in den soeten schoot, des schoonste vande landen. Gaet heen melodieus: en laet u singhen die, Die mijn hert ende sin, heel heeft in haer ghebie: By my en is nu niet als druck, smert, en elende. Dus keert u vry van my, wilt tot mijn Lief u wende, By vvien is alle vreught, end’ aertsche melody, Soo langh sy niet en voelt, Cupidoos slaverny. Vorige Volgende