[Zonnestof]
ZONNESTOF, z.n., vr., der, of van de zonnestof; zonder meerv. Verkleinw. zonnestofje. Van zon en stof. De in een vertrek omzwervende onmerkbaar kleine stof, welke men alleen dan ziet, wanneer de zon, door eene kleine opening in het vertrek schijnt. Men gebruikt dit woord dikwerf, om iets onmerkbaar klein aan te duiden.