[Zeezwaluw]
ZEEZWALUW, z.n., vr., dor, of van de zeezwaluw; meerv. zeezwaluwen. Van zee en zwaluw. Dezen naam geven de zeelieden aan menigerlei vogelen; inzonderheid aan meer dan een slag van meeuwen. Eng. sea-swallow, hoogd. seeschwalme, seeschwalbe, meerschwalbe, fr. hirondelle de mer.