[Zeem]
ZEEM, niet gebruikelijk, dan in zeemen, dat als bijv. n. voorkomt in: zeemen handschoenen, en zeemen leder, bij Kil. De zamenstell.: zijn zeembereider, zeemeleder, zeemeleêr, of zeemleêr, zeemtouwer, enz. Het woord beteekent eigenlijk evenveel, als het hoogd. gemse, fr. chamois, eng. chamoij, eene wilde geit. Dus is zeemeleer, of zeemleer, hoogd. gemsenleder, fr. peau de chamois, eng. chamoijleather, en chamoij, fr. chamois, ital. camuccio, eigenlijk evenveel als kamoes, of kamuisleer, zie kamoesleer.