[Weerbruiloft]
WEERBRUILOFT, z.n., vr., der, of van de weerbruiloft; meerv. weerbruiloften. Van weer, bijw. en bruiloft. Een maaltijd, welken men aan jong getrouwden geeft, wier bruiloft men heeft bijgewoond: toen wij bij hem op de weerbruiloft waren. Wederbruijdloft, naebruijdloft, bij Kil., bij wien wedermaaltijd, in overeenstemming hiermede, eenen wederkeerigen maaltijd, bij Halma weerreis, aanduidt.