[Velerhande]
VELERHANDE, even als velerlei, menigerlei, menigerhande, en menigerslachte, menigertiere, bij de ouden, van vele, van menige, soort, en zamengesteld uit hande, soort, en den tweeden naamval van het enkelvoudige vrouwelijke geslacht van veel. Wordt hierom evenmin verbogen, als allerhande, eenerhande, enz. schoon men het gemeenlijk eveneens voor een bijvoegelijk naamwoord houdt Zie voorts allerlei, waar men nopens het bovengemelde hande, en lei in velerlei, al het noodige vindt.