uitgemergeld mensch! wtghemergheld land. Kil.; uitmergeling. De Heer Lublink maakt hier eenige onderscheiding, en neemt uitgemergeld alleen voor: van mergel (marga) ontbloot, en past het dus op eenen akker toe. Menschen en dieren, die verdroogd en verzwakt zijn, zegt hij, kan men uitgemergd, van merg (medulla) ontbloot noemen, maar niet uitgemergeld. Wanneer evenwel uitmergelen het voortdur. w. van uitmergen is, dan kunnen menschen en dieren zeer wel uitgemergeld heeten.