[Uitholen]
UITHOLEN, bedr. w., gelijkvl. Ik hoolde uit, heb uitgehoold. Van uit en holen. Door ontlediging van binnen hol maken: vele rotsen werden oulings door kunst uitgehoold, om tot woningen te dienen. Van hier uitholing. Dit woord luidt in het hoogd. aushöhlen, angels. aholan.