[Talmud]
TALMUD, z.n., m., des talmuds, of van den talmud; zonder meerv. Het wetboek der hedendaagsche Joden, zamengesteld uit een oud werk, Mischna genoemd, en verklaringen van dat werk, die den naam van Gemara dragen: de Joden schatten hunnen Talmud bijkans even hoog, als den Bijbel. De Talmud met zijn vloecken. Vond. Van hier talmudisch, talmudist. Het stamwoord is het hebr. למך, leeren; en Talmud is eigenlijk zoo veel, als leerboek.