Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V(1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Tabaksland] TABAKSLAND, z.n., o., des tabakslands, of van het tabaksland; meerv. tabakslanden. Van tabak en land. Evenveel als tabaksveld. Een veld, dat met tabak beplant wordt: de tabakslanden staan uitnemend. Het is al tabaksland, wat men ziet. Vorige Volgende