[Tabaksklisteer]
TABAKSKLISTEER, z.n., vr., der, of van de tabaksklisteer; meerv. tabaksklisteren. Van tabak en klisteer. Tabaksrook, die eenen drenkeling, of iemand anders, in den aars geblazen wordt: de tabaksklisteren waren even vruchteloos, als al het overige.