Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
(1807-1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 592]
| |
en trompet. Hoogd. sprachrohr, een kegelvormig werktuig, om iemands geroep te versterken, een roeper: zij praaiden ons met de spreektrompet. |
|