Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
(1807-1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 283]
| |
te menigte in de middellandsche zee nabij Sardinie gevangen wordt, en van daar dezen naam ontleent. Ook vangt men hem in de noordzee, en gerookt zijnde verkrijgt hij den naam van sprot. Het woord sardijn is het naar ons taaleigen veranderde fr. sardine; ook in het hoogd. sardine, maar meer sardelle, van het ital. sardella. |
|