Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. O(1804-1806)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 524] [p. 524] [Ontegenwoordig] ONTEGENWOORDIG, bijv. n. en bijw., zonder trappen van vergrooting. Niet tegenwoordig. Hooft spelt het met eene j: teeghens onjeeghenwoordighen. Van on en tegenwoordig. Vorige Volgende