Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. O
(1804-1806)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 400]
| |
Van on en aardig. Niet aardig: zij is geen onaardig meisje. Eene onaardige rede. Van hier: onaardigheid, onaardiglijk. Bij Hooft komt onaardij voor: door d'onaardij (lompheid, leelijkheid) der paapetreeken. |
|