denden kunstenaar de hem eigene wijs van uitvinden en uitvoeren. Zij is in de kunsten datgeen, wat in de fraaije wetenschappen de stijl of schrijfwijs is: een schilderstuk in de manier van Rubbens. Van hier manierlijk, manierlijkheid. Zamenstell.: onmanierlijk; ook het bedr. w. manieren, goede manieren leeren: in het manieren, regelen en zedevormen der leergierige jongkheit. Vond. Van hier gemanierd, moratus, bij Kil., wel gemanierd.
Manier, hoogd. manier, eng. manner, middeleeuw. lat. maneries, sp. manera, ital. maniera, fr. maniere, uit welk laatste woord het schijnt ontleend te zijn; schoon Ten Kate het tot het oude manen, mannen, aanmanen, aanvoeren, brengt. Zie maan - het lange halshaar der paarden enz.