[Korre]
KORRE, z.n., vr., der, of van de korre; meerv. korren. Eene soort van sleepnet, waarmede men oesters vangt. Van hier het werkw. korren, korde, gekord, zijnde eene wijs van oesters vangen, bij de Schiermunnikoogers in gebruik. Van hier oesterkor, - koroester, kortijd. In het gr. is ϰυρτος een sleepnet.