Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Beeldendienaar] BEELDENDIENAAR, z.n., m., des beeldendienaars, of van den beeldendienaar; meerv. beeldendienaars. Van beeld en dienaar. Iemand, die aan beelden eene godsdienstige eerbewijzing toebrengt. Vorige Volgende