Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 287]
| |
is niet in gebruik. Een, weleer, zeer gebruiklijk woord van eene uitgestrekte beteekenis, welk al datgeen aanduidde, waardoor de vrije handelingen van den mensch bepaald worden, deze bepaling zelve, en eindelijk de daardoor bepaalde zaak. Al deze beteekenissen, welken bij Kil. voorkomen, zijn genoegzaam reeds verouderd, en het woord wordt, thands, meest gebezigd, om de uitsluiting van de godsdienstige gemeenschap aanteduiden, welke de ban, of kerkeban, genoemd wordt, en in den zin van geregtlijke verwijdering van zekere plaats, of den wereldlijken ban. Met eeuwigen, of tijdelijken ban. Hooft. In den ban doen. Regtsgebied, geregtsban: die de wateren van de laeghte scheidde en stootze binnen hunnen ban. Vond. |
|