Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 55]
| |
(op het eerste gezigt) Halma. Aanschouw nemen van iets. Kiliaan. Iets in aanschouw nemen, aanschouwen, beschouwen. |
|
[pagina 55]
| |
(op het eerste gezigt) Halma. Aanschouw nemen van iets. Kiliaan. Iets in aanschouw nemen, aanschouwen, beschouwen. |
|