24 Maart (misschien is het wel de 25ste).
Lieve Vadertje Langbeen,
Ik geloof niet, dat ik ooit in den hemel zal komen. Ik geniet hier op aarde zóó, dat ik het niet fair zou vinden, als ik hiernamaals nog eens aan de beurt kwam. Luister eens, wat er gebeurd is!
Jerusha Abbott heeft den eersten prijs ($25!) gewonnen voor de schets die ‘De Maandelijksche’ elk jaar uit - looft. En ze is een tweede jaars! De mededingsters zijn haast allen derde jaars. Toen ik mijn naam las, kon ik het haast niet gelooven. Misschien wordt ik dus toch nog een schrijfster! Ik wou dat Juffrouw Lippett me niet zoo'n vervelende naam had gegeven; is me dat nu een naam voor een Schrijfster?
Ik ben ook al gekozen om in het tooneelstuk in de open lucht ‘Elck wat Wils’, dat we dit jaar zullen opvoeren, mee te spelen. Ik zal Celia zijn, het nichtje van Rosalinde.
En, last not least: Julia, Sallie en ik gaan komenden Vrijdag naar New-York om onze inkoopen voor het voorjaar te doen en we blijven er den heelen nacht over en gaan den volgenden dag met ‘Jongeheer Jervie’ naar den schouwburg. Hij heeft ons uitgenoodigd. Julia gaat bij haar ouders logeeren, maar Salie en ik gaan dien nacht naar het Maria Washington Hotel. Heb je ooit van zoo iets heerlijks gehoord! Ik ben nog nooit in een hotel geweest en ook nog