Zangen, ter gelegenheid van de algemeene vergadering der Maatschappij: tot Nut van 't Algemeen, op dingsdag, den 13den augustus, 1833(1833)–Willem Hendrik Warnsinck– Auteursrechtvrij Vorige Slotzang. Recitatief. Geschiedrol! toon ons kroost de ramp, door ons geleden, Die zoo veel Volksgeluk in rouw deed ondergaan! En spiegel' Bato's kroost zich aan 't rampzalig heden, Om, voor den tuimelgeest der tijden, pal te staan. EENE STEM. Helaas! in vreemde streken Ontkiemde een wrange vrucht; Dáár is 't geluk geweken, Naar kalmer oord gevlugt. Hier bloeit, door pligtbetooning, Wat nimmer elders wast; Hier hechten Volk en Koning Zich aan elkander vast. TWEE STEMMEN. A. Neêrland! blijf den schat bewaren, Aan u toebetrouwd! [pagina 8] [p. 8] B. Hij trotseert den last der jaren, Meer dan kroonengoud. A. Vliedt de praal van vreemde zeden! Blijft der Vadren spoor betreden, Rijk in eer en deugd! Werkt, met innig welgevallen, Broeders! aan 't geluk van allen! Zoekt elkanders vreugd! B. Broeders! helpt de zwakken schragen! Liefde en Vrede zij uw leer. In elkanders zwak te dragen, Vindt de Christen roem en eer. A. en B. Liefde, Broeders! voegt aan zonen, Telgen van één huisgezin: Blijft zij immer bij ons wonen, Hier zal ze ons geluk bekroonen, Dáár voert ze ons gods Hemel in. KOOR. Verhelder, eedle Maatschappij! Het doelwit van ons pogen, En breng den zegen ons nabij, Waarop wij rustloos bogen! Zij elke kring - zij ieders stand Gewijd aan god en 't Vaderland. W.H. WARNSINCK, Bz. Vorige