Democritische Tafelliedjes(1822)–Adriaan Loosjes, Jan van Walré– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 39] [p. 39] Geboortelied. Wijze: Wat fiere maagd zal ooit haar hand. Geluk! uw telgje was volgroeid, En wenschte 't licht te aanschouwen; Het wilde langer niet geboeid Der moeder smarte brouwen; Het zocht van banden zich te ontslaan, Vroeg zelfs niet eens verschooning; Het klopte om vrijheid even aan,} tweem. En sprong uit de enge woning.} tweem. [pagina 40] [p. 40] Geluk! dat niets den juichtoon stuit'; Gij zaagt uw' wensch gelukken; Gij moogt een nieuwe kloeke spruit Aan 't vaderharte drukken; Die stond, met zooveel vrees verbeid, Die vreugd of ramp kon schenken, Heeft u het zaligst lot bereid;} tweem. Gij moogt dien big herdenken.} tweem. Hoe zalig klopte uw vaderhart, Toen 't wichtje zich liet hooren; En met een' schellen kreet van smart U meldde, ik ben geboren! Dien toon, die nog u vreugde biedt, Moog' 't lagchen ras vervangen! Leer 't aan de les van democriet,} tweem. Vroegtijdig 't zegel hangen.} tweem. [pagina 41] [p. 41] Uw telgje groeij' gelukkig op; In wijsheid, deugd en krachten! Het voere uw waar geluk ten top, 't Vervulle uw hoogst verwachten! 't Strooij' bloemen, van geluk en vreugd, In de ouderlijke woning! 't Schenke u, door ouderliefde en duegd,} tweem. Uw zaligste belooning!} tweem. Vorige Volgende