(18 november 1792)
- fol. 257 - Op den 18 november wiert ten huijse van sieur Bogaert, boekdrucker op den hoek van de Mart, vertoont gelijk eenige volgende daegen een konstgewerkt werktuijg, welke schoon geschildert voor hetzelve huijs gehangen wiert ende wanof het volgende bericht is uijtgegeven geworden.
Met toelaeting van 't magistraet. Den heer Kaissin, Italien, komende van Londen, zal d'eere hebben vandaeg en volgende daegen te laeten sien een meesterstuk der werktuijgkunde, verbeeldende eene jonge joffrouw net gekleet, wel ses verscheijde arias zal speelen op eene uijtmentende orgel, gemakt naer het order der Corinthiaensche bouwkonst, met zoo groote nauwkuerigheijd en bevalligheijd dat zij de verwondering verdient van alle liefhebbers. Hier zal men de volmaktheijd sien van een werktuijgelijk konststuk, welkdaenig men tot nu toe niet gesien heeft. Vrankrijk, Engeland, Italien en Zwitserland, zoo beroemt door de werktuijgkunde, hebben - fol. 258 - noijt een diergelijk stuk voortgebragt. Dit konstposteur zal daerenboven eene werking verrichten, welke tot verwondering zal strekken aen de liefhebbers. Te weten, zij verlangt en verkort den arm om dien regt op het clavier van den orgel te houden, doende met de vereijschte kragt en levendigheijd alle de toonen der musik spreeken. Dit onnaevolgelijk posteur, zijnde een opregt meesterstuk der konst, is een voortbrensel van het alom beroemt kabinet van Cox Musien van Londen. Den prijs is twee schellingen wisselgelt voor ider persoon en welk uijtmuntende konststuk van 's morgens ten 10 uren tot 's avons ten 10 uren ten huijse van J. Bogaert, boekdrukker op de Mart, kan gesien worden.