Vaderlandsche historie. Deel 4
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXXXII. Maximiliaan verbindt zig met Henrik dan VIII. tegen Frankryk.Byna op den zelfden tyd, als het Bestand, tusschen de Koningen van Frankryk en Arragon, geslooten was, sloot Margareet van Oostenryk, in 's Keizers naam, te Mechelen, heimelyk, een Verbond met Henrik den VIII, Koning van Engeland: by welk de Bondgenooten beloofden, Frankryk, binnen twee maanden, den oorlog te zullen aandoen; doch buiten Italie. De Keizer tradt in dit Verbond; maar niet als Voogd van zynen Kleinzoon KarelGa naar voetnoot(y). Hy maakte egter geene zwaarigheid,Ga naar margenoot+ om Henrik den VIII. vryheid te geeven, tot het werven van volk, in Brabant en in Henegouwen, en tot het huuren van een goed getal van vaartuigen, in Holland en in Zeeland. ‘Koning Lodewyk, zeide hy, hadt de Gelderschen wel ondersteund: en desonaangezien beweerd, dat zulks niet met de vriendschap streedt, welke hy den Huize | |
[pagina 378]
| |
van Oostenryk beloofd hadt: 't moest dan ook hem geagt worden vry te staan, den Engelschen, zonder krenking der gemaakte verbonden met Frankryk, bystand te biedenGa naar voetnoot(z).’ Lodewyk de XII. kreeg haast kennis van deeze wervingen der Engelschen in de Nederlanden, en klaagde 'er zeer over by de LandvoogdesseGa naar voetnoot(a), die den Koning zogt diets te maaken, dat dezelven, buiten haaren last, geschied waren, en dat de Keizer, als Voogd van zynen Kleinzoon, gezind was te voldoen, aan de verbindtenissen, met Frankryk gemaaktGa naar voetnoot(b). Lodewyk gaf, ondertusschen, bevel, aan de Ingezetenen van Vlaanderen en Artois, welke Graafschappen Leenen van Frankryk waren, om den Engelschen allen onderstand te ontzeggen, ten ware zy zig zyne hoogste ongenade op den hals haalen wildenGa naar voetnoot(c). |
|