Vaderlandsche historie. Deel 3
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijDe Egmonden verrassen Ysselstein.De Broeders Jan van Egmond en Willem van Ysselstein, welken 't verlies hunner vaderlyke goederen zeer in den krop stak, waren de eersten, die de vyandlykheden begonden. Eenig volk op de been gebragt hebbende, maakten zy zig, by verrassing, meester van de Stad en 't Slot Ysselstein. De Hoekschen, onder 't beleid der Heeren van Brederode en | |
[pagina 416]
| |
Montfoort, sloegen 'er terstond het beleg wederom voor. De Poorters der meeste Hollandsche en Westfriesche Steden, beloofd hebbende Jakoba tot Landsvrouwe te zullen inhuldigen, toonden, reeds voor haare aankomst hier te Lande, dat zy hun woord zouden houden, en trokken, in aanzienlyken getale, voor YsselsteinGa naar voetnoot(c). Boven al werdt het beleg sterk voortgezet, door die van Utrecht en Amersfoort; welken, ziende, dat zy den Kryg geduurig op hunne grenzen te wagten hadden, zo lang het Slot te Ysselstein in wezen, en de Stad versterkt bleefGa naar voetnoot(d), gaarne tot het herwinnen van Ysselstein wilden medewerken, in hoope dat de jonge Graavin, na 't bemagtigen der Stede, het slegten der Vestingwerken niet weigeren zou. |
|