Vaderlandsche historie. Deel 2
(1749)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXXXI. De Noorman Godefrid wordt, in de Betuwe, overvallen en gedood.Keizer Karel, ondertusschen, op middelen bedagt, om zig van den Noorman te ontslaan, beval de uitvoering van 't gene hy beslooten hadt, aan Hertoge Henrik, een schrander en voorzigtig man. Godefrid hieldt zig thans in de Betuwe op, eene Landstreek, die, omzoomd van den Ryn en de Waale, en in zig zelve laag en moerassig, voor geregeld Krygsvolk, genoegzaam ongenaakbaar was. Henrik gaf dan, aan zekere zyne benden, bevel, om, heimelyk en verdeeld, op te trekken, en ten zekeren bestemden dage, in de Betuwe, samen te komen. Midlerwyl begaf hy zig, verzeld van Willibert, Bifschop van Keulen, als in gezantschap, naar Godefrid, met wien zy, te Herispich, gelegen ter plaatse daar de Ryn zig in twee armen verdeelt, alwaar, in laater tyden, Schenkenschans gebouwd is, tot mondgémeenschap kwamen. De onderhandeling duurde tot aan den avond, en | |
[pagina 91]
| |
werdt, 's anderendaags, hervat. Godefrid hadt zig niet alleen van Gerolfs Graafschap; maar ook van dat van zekeren Everard meester gemaakt; en deeze bevondt zig in 't gezelschap van Hertog Henrik, toen hy, andermaal, met Godefrid te woorde kwam. De Hertog hadt hem vooraf aangezet, om, geduurende de onderhandeling, gelegenheid te neemen van over het ongelyk, hem door Godefrid aangedaan, ernstelyk te klaagen. Dit geschiedde: doch de Graaf werdt van Godefrid zo bits bejegend, dat hy terstond zyn zwaard trok, en den Noorman, met éénen houw, ter aarde deedt storten. Dit was de leuze, op welke Henriks Krygknegten, die, ten bestemden tyde, in de Betuwe gekomen waren, toeschooten, en Godefrid voorts afmaakten. Daar na renden de Keizerschen de Betuwe door, alle de Noormannen, welken zy aantroffen, zonder verschooning, van 't leeven beroovende. Hugo ook, die Godefrid tegen den Keizer opgehitst hadt, werdt, kort hier na, gegreepen, en na dat hem, op 's Keizers bevel, door Hertog Henrik, de oogen uitgesteken waren, in een Klooster gezet. Na verloop van eenige jaaren, bragt men hem naar de Abtdye van Prume in Ardenne, alwaar hem de Schryver, die dit verhaalt, en toen Abt dier Abtdye was, met eigen' handen, den kruin geschooren heeftGa naar voetnoot(d). Ga naar margenoot+ Godefrid hadt, voor zyn omkomen, een aanzienlyk Leger van Noormannen by een gebragt, 't welk Westfaale afliep, en de Sche- | |
[pagina *1]
| |
L.F. du Bourg del.
P. Tanji Sculps. Hertog GODEFRID de Noorman wordt, door Graare EVERARD, gedood. | |
[pagina 92]
| |
pen, die daaromtrent op de stroomen lagen, met buit vulde. Een geringe hoop Saxers, die tegenstand boodt, werdt op de vlugt gedreeven. Doch de Friezen van het Graafschap Teisterbant, die, in kleine Vaartuigen, langs de stroomen, derwaards getoogen waren, en den vyand van agteren aanvielen, slaagden beter, in hunne onderneeming. Na een hardnekkig gevegt, bleeven zy volkomen overwinnaars. De Noormannen werden, schier tot één toe, verdelgd. Sigefrid die zig, met het beleg van Parys, lang opgehouden hadt, en sedert naar Friesland gekeerd zynde aldaar omgebragt werdtGa naar voetnoot(e), zal, waarschynlyk, ook by deeze gelegenheid, gesneuveld zyn. De Friezen bekwamen thans zo veel buit uit de vyandlyke Schepen, dat zy allen ryk naar huis keerdenGa naar voetnoot(f). |
|