Van de aanvaller geen spoor. Gedichten 1973-1983(1983)–Hans van de Waarsenburg– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 97] [p. 97] Spiegelbrief Ik schrijf je een langzame spiegelbrief een brief van tijd waarin passen werden gezet, woorden gezegd en geschreven: Een brief van tijd, voorbij, die nauwelijks nog raakt, als een blinde vlek is verworden tot as in mijn handpalm Tot afgesneden kartelrand van een foto die kleiner en kleiner wordt. [pagina 98] [p. 98] Het hoofd leg ik er niet bij neer, de stem spreekt nog, de vingers buigen: achter het netvlies draaien de seizoenen terug: De maanden vergeten, de namen geschrapt, want bitter werden zij als gezichten waarin de wond van geboorte nooit was geheeld Waar tijd voorgoed het hoofd, voorbij, de jaren blindeert. Ik schrijf je. [pagina 99] [p. 99] Ik schrijf je een brief van tijd, winters terwijl de uren over de bodem schuren, je gezicht, dat zichtbaar nog, achter tuindeuren De luiken van villa ‘Carmen Sylva’ schuift, dit Domburgs huis dat rust op oude adel, duin en wind, waar je warme zeestem zegt: Tijd dient gepeld, rond deze hoek. Vorige Volgende