Van de aanvaller geen spoor. Gedichten 1973-1983(1983)–Hans van de Waarsenburg– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] De dag te na gelopen De dag te na gelopen, huizen kort en laag De zon, eeuwig beeld van moeiteloze arbeid Hangend in de lucht Er is nog vaag de tijd die klopt, een hoofd Vol bewogenheden Waar huist het beeld van rust en goed? Waar blinken de sirenes? Waar de akkergleuven en het ontroerende stappen der paarden? Waar de meiden lachend van hooi en oogstend binnenhalen? Maar ook: Waar de regenvalk hokte in de alkoof Waar de lenteleeuw het huis uitstapte, kilometers en meer verslond Waar als in een oude fabel men hem bedekte met natte warme lappen Hij beroofd van ziekte tot warmte steeg hovaardige blikken wierp naar bezoekers die tranen in hun vingers verstopten Hem aanstaarden met ogen vanuit een troebele vissekom, hij verdubbelde in de schemering Tot een verlaten nietszeggend zwartboek van eenzaamheid. Vorige Volgende