Verzen (onder ps. Una ex Vocibus)(1900)–Jacqueline van der Waals– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] III. Komende schepen. Ik zit aan de zee in den donkeren nacht. Met oogen als vuurtorenlichten Tuur ik naar verre kusten en wacht, Op overzeesche berichten. Ik zit in het donker, ik wacht, ik staar Naar schepen die langzaam komen, Met lichtende blikken zoek ik naar Het schip uit het land mijner droomen. Vorige Volgende