Nawoord
Aan het einde van dezen herdruk gekomen, moet ik bekennen dat ik mij, nog meer dan tijdens de eerste uitgave der verzameling in 1881, menigmaal geërgerd heb over zware tekortkomingen in taal, stijl, versbouw, rijm, enz., welke ik onder het proevenlezen ontmoette.
Niettemin heb ik, rekenende op de reeds ondervondene toegevendheid van het publiek, bijna alles weer laten drukken zooals het de eerste maal verzameld is verschenen. Zeer zelden slechts heb ik aan de behoefte om eene kleine verbetering aan te brengen niet kunnen weerstaan, o.a. in het Herbergtafereel en in 't Zal wel gaan.
Bij eenige stukjes heb ik hun jaartal vermeld, of de plaats waar zij eerst hel licht zagen; bij een, de jongen, is de ‘inleiding’ gevoegd, waarvan het in den Studenten-Almanak voor 1857 voorzien was.