Het werkelijkheidsgehalte in de letterkunde
(1962)–Victor E. van Vriesland– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 104]
| |
44Ook het excentrieke, de neiging, door vreemdheid aan het gewone te ontkomen, is een neo-romantische vlucht, even goed te constateren bij een symbolistische dandy als de Fransman Jules Laforgue als bij de Engelsen. Toch is men ook bij deze excentriciteit niet geheel los van de overlevering. T.S. Eliot was van mening dat ‘a cultivated taste is traditional and fond of novelty, while the uncultivated dreads novelty in proportion as it fails to understand the tradition.’Ga naar eind204 De inspiratie van het dandyisme was de extravagante kunstmatigheid, het gevoel dat wat urbaan en artificieel was de gehate realiteit versloeg en verving. Het kan niet genoeg worden herhaald, dat zich dus hiermee in de litteratuurgeschiedenis een romantische vermindering van het werkelijkheidsgehalte van het letterkundig werkstuk voordeed. Vandaar ook Wildes voortdurend, in honderden paradoxen weer opnieuw geformuleerde lof van de kunst, boven en tegen de natuur: ‘All bad art comes from returning to life and nature’.Ga naar eind205 Het onlogische en onverwachte, (ook in de hier en daar herlevende picareske roman) moest precieus en maniëristisch het rationele doorbreken. De invloed van dit nieuwe levensgevoel was universeel en overweldigend. Bettina Polak schrijft: ‘(...) tegen het einde der eeuw valt er in geheel Europa navolging van Wilde en Beardsley te constateren.’Ga naar eind206 Het zelfbesef van het modernisme deed zich in ontelbare verschijningsvormen voor, en werd ook theoretisch verdedigd, bijvoorbeeld in Wildes ‘Phrases and philosophies for the use of the young’. Het was de doodsvijand van het leven zoals het gezien was door het naturalisme. Het beschouwde de persoonlijkheid als een afwijking van de norm, van elke norm. Litteraire kunst was eerst dat deel van het leven, dat in de persoonlijkheid, in die afwijking van de norm, werd geïntegreerd. |
|