Over handschriften en handschriftenkunde
(1962)–W.L. de Vreese– Auteursrechtelijk beschermdTien codicologische studiën
[pagina 179]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het scriptorium van ‘den regulieren in onser vrowen polder’ op Walcheren (1933)Onder de verschillende chronisten, die berichten hebben verstrekt over het klooster van het Heilig Graf, de ‘regulieren in Onser Vrowen polder’ op Walcheren, is Ermerins de eerste geweest, die vermeld heeft, dat daar boeken geschreven, verlucht en gebonden werden: ‘Zy zullen voorts een deel van hun bestaan gevonden hebben in het schryven, binden en beschilderen van Boeken, wyl de Druk-konst of schoon bekend, echter zoo ras niet algemeen genoeg geoeffend wierd, om Kerken, Schoolen, en de Geleerden van de benoodigde boeken terstond te voorzien’Ga naar voetnoot1. Ermerins staafde zijn zeggen met een vijftal posten ‘uit eene originele verrekening tusschen dit Klooster en den Heer van Vere d'Ao 1474.’ RömerGa naar voetnoot2 en Van der HorstGa naar voetnoot3 hebben het hun voorganger nagezegd; de laatste heeft ook het bewijsmateriaal van zijn zegsman mede overgenomen, diens ééne fout merkwaardigerwijze verbeterd en - er nog ruim een dozijn bij gemaakt. De bewuste ‘verrekening’ is gelukkig thans nog in het gemeentearchief der stad Veere aanwezig: ze werd daar in loket 176 teruggevonden. Als men ze leest, betreurt men dat Ermerins zich tot het door hem medegedeelde uittreksel heeft beperkt: er staat nog zooveel meer in, dat zijne en onze belangstelling verdient. ‘Om dies wille’ wordt ze hier in de eerste plaats in haar geheel medegedeeld; tevens om de bestaande, foutieve lezingen uit de wereld te helpen. Het stuk is geschreven in een katern van twee foliovellen, en bestaat uit vier bladen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 180]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+Rekening tuyssen myn here vander veer
Om mynen here vander veer
Ga naar margenoot+Rekening tuyssen myn here vander veer
Eerst voer myns heren cappelle ghescreven twe wyntersticken elx van xxxj quaternen fiat lxij quaternen tot iij scellinge grote die quaterne fiat ix £ x s.g.
Noch ghescreven twe somersticken elx groet weesende xlj quaternen fiat lxxxij quaternen tot iij s. die quaterne ende voer binden vj s. fiat xij £ xij s.g.
noch vercoeft mynen here twe souters voer vj £ g.
noch van xiij boken under clein ende groet mynen here ende myn vrowe tuebehorende van formenGa naar voetnoot1 binden ende verlichten tsamen xviij s. viij d.g.
noch ghescreven een orduin cum statutis synodalibus et provincialibus ende een sanboec verbonden met datter in ghescreven was ende noch een vigely boec een £ g.
noch es myn here sculdich de papelicke prouende aldaer alle jaere van xxxij½m̅ C roeden lants van elc m̅ij d.g. fiat v s.v.d. xvj miten ende dat van iiij jaren te weeten lxxj lxxij lxxiij lxxiiij fiat xxj s. ix d.g. xvj miten
myn here es noch sculdich alle jaere viij d. van een stic jaerghetide lants twelc myn here ghecoeft heeft ende leit an syn hoef tot sandenberg ende dat van iij jaren tafter te weeten vanden jaren lxxj lxxij lxxiij lxxiiij fiat ij s. viij d.g.
Ga naar margenoot+Noch es myn here jaerlix sculdich ij s.g. van dat lant dat wy bauen ende vermindert es tot behoef vanden waterganc ende es tafter van iiij jaeren te weeten vanden jaeren lxxj lxxij lxxiij lxxiiij fiat viij s. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 181]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
noch voer myns heren vrowe moueders testament x £ g.
noch ouer een glas dat myn here ons gaf xxvj s. viij d.g.
Somma tsamen xlij £ xix s. ix d.g. xvj miten
untfangen hier vp als hier naer ghescreven staet
Eerst untfangen by handen van mynen here soe voeren soe naer om stof te coepen x £ xvij s.g.
noch untfangen alsoet blijct inde rekeninge van wouter dircz. vanden jaere lxx de somma van xvj £ xvj s. ij d.g. xviij miten
noch untfangen alst blyct inde selue wouters rekeninge vanden jaere lxxj de somma van xv £ xvij s. vij d.g.
Somma van alder betalinghe xliij £ x s. ix d.g, xviij miten
Ende myn here es den regulieren sculdich alsoe voerscreven staet xlij £ xix s. ix d.g. xvj miten Aldus soe bliven de regulieren mynen here sculdich de somme van xj s.g. ij miten
Dit naer ghescreven es myn here vander veer den regulierenGa naar margenoot+ sculdich
Eerst van twe antiffenalen te scriven ende te binden xvj £ g.
noch van twe souters ghescreven ende ghebonden vj £ g.
noch van een briuier te binden iiij s.g.
noch van twe boeken te binden ende te verlichten die myn here tuebehoeren x s.g.
noch voer myn vrowe een boec in fra[n]soeis ghebonden ende verlicht ij. s. iiij d.g.
noch voer myns heren here vaders annoversarius te duen vanden jaere lxxv een £ g.
noch voer hondert missen die myn here onslieden heeft bevolen te duen xxxiij s. ij d.g. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 182]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Somma xxv £ ix s. vj d.g.
Hier teeghens syn de regulieren mynen here vander veer weederomme sculdich
Inden eersten voer dat gheene voer dat myn here tover ghegheven heeft inder betalinghe voerscreven xj s.g.
noch over de pacht van tlant dat wy bauen mynen here tuebehorende vanden jaeren lxxij lxxiij lxxiiij xv £ vj s. xj d.g.
Ga naar margenoot+Noch over dat scot vanden jaere lxxv twelc jan hughezoon untfinc jaerlix in tersoellaertkerken vj £ vij s. j½ d.g.
noch untfangen vanden reentmeester symon pieterz waer of hy ons brief ende seghel heeft vj £ g.
Somma vanden untfanc dat de regulieren untfangen hebben ende sculdich syn vp gheene dat voerscreven staet xxviij £ v s.g. xij miten
Ende de regulieren syn mynen here sculdich alsoet voerscreven xxv £ ix s. vj d.g. Aldus soe bliven die regulieren mynen here sculdich ij £ xv s. v d.g. xij miten
Ga naar margenoot+Dit naer ghescreven es myn here vander veer den regulieren sculdich
Eerst van twe antiffenalen te scriven een van 1 quaternen ende dander van xlv quaternen elke quaterne iiij s. fiat xcv quaternen fiat in ghelden xix £ g.
noch van iij quaternen te scriven in een missael ende van binden x s.g.
noch van myns heren here vaders jaerghetide de anno lxxvj een £ g.
noch van myns vrowen boken te binden iij s.g.
noch x morgen lants toter papelicker provende xx d.g.
noch van jaerghetide lant welc lant myn here ghecoeft heeft ende leit an syn hoef tot sandenberg de anno lxxvj viij d.g. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 183]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Somma van dat voerscreuen staet xx £ xv s. iiij d.g.
Hier teghens syn de regulieren mynen here vander veer sculdich
Eerst van lantpachte die sy tafter syn noch de anno lxxv iij £ viij s. ix d.g.
noch over dat gheene dat de regulieren ter laetster rekeninge sculdich bleven mynen here alsoe voerscreuen staet int voergaende blat ij £ xv s. v d.g. xij miten
noch untfangen vanden reentmeester symon pieterz iij £ g. noch over die tienden die wy ghecoeft hebben de Anno lxxvj xj s.g.
Somma ix £ xv s. ij½ d.g.
Ende myn here es den regulieren sculdich alsoe voerscreuen staet xx £Ga naar margenoot+ xv s. iiij d.g.
Aldus soe blivet myn here den regulieren tafter ende sculdich xj £ j½ d.g.
Wolfart
Als we nu trachten samen te vatten, wat in het scriptorium der regulieren zoo ongeveer in de jaren 1471 tot en met 1476 voor den heer van Veere verricht werd, dan vinden we:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 184]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Deze rekening, die door Wolfaert van Borselen, den zesden van dien naam, eigenhandig onderteekend is, werpt dus wel een helder licht op wat er in jaren 1471-1476 in het scriptorium van de regulieren in den Vrouwenpolder omging. Het is heusch niet weinig geweest. Niets daarvan is, zoover bekend, bewaard of overgebleven, evenmin als van het klooster zelf, dat nog geen honderd jaar later zoo jammerlijk te gronde ging. |
|