Vaderlandsche liederen, voor het genootschap van wapenhandel te Leyden (4 delen)
(1784-1785)–Pieter Vreede– Auteursrechtvrij
[pagina I]
| |
Vervolg.
| |
[pagina D1r]
| |
Aan de thans vereenigde societeiten van wapenhandel.
| |
[pagina D1v]
| |
Verêende Helden - rij!
Ik zing, verheugd en blij,
Komt, laat ons t' samen juichen,
Ten spijt der Dwing'landij!
De Vrijheid roept ons toe:
Vaart voort, ô fiere Belgen!
Geen nood, 't moog gaan ook hoe,
Gij zult eens, blij te moe,
Dat monster zien verdelgen:
Dit loon zeg ik U toe.
* * *
Dat eens de Twistharpij
Van hier verdreeven zij;
Dat Eendracht moog herleven,
Bij Leydens Schutterij!
Dan stondt, in uwen wal,
Elk Burger, voor zijn rechten,
En voor de Vrijheid, pal;
Dan zag men 's Dwing'lands val,
Den troon der Heerschzugt slegten,
Bataven, zag men 't al!
| |
[pagina D2r]
| |
Gij, die de boosheid haat,
God! wil deez' vrijen staat
Altijd een redder weezen;
Blijf onze toeverlaat!
Het is dit vrije Land,
Waar voor wij alles wagen:
Houd dan dit dierbaar pand
In een' gerusten stand,
En doe Uw Heilzon dagen,
Voor 't vrije Vaderland.
ADIAAN HEMERIK.
|