Inhoud
1God stelde Adam en Eva in den paradijze, huwde ze tezamen en gebood
2ze bij straffe des doods niet te eten van den boom der kennisse van goed
3en kwaad; maar de hofslang, listiger dan alle dieren en van den satan
4bezeten, bekoorde eerst Eva de verboden vrucht te smaken en door Eva
5haren man. Toen zagen ze eerst uit hunne ogen en kennende hunne naakt-6heid (want zij stonden beiden van het kleed der onnozelheid en erfrecht-7vaardigheid beroofd), vlochten vijgenbladers om zich te bedekken. On-8dertussen verscheen het streng gerecht des Allerhoogsten, en bestrafte ze
9die, zich tevergeefs, d' een na d' ander ontschuldigende, ter straffe verwe-10zen en uit den paradijze in ballingschap gedreven worden.
11Het treurtoneel is in den paradijze. Het treurspel begint voor den mor-12genstond en eindigt met den avondstond.