De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674
(1937)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekend
[pagina 668]
| |
[pagina 669]
| |
Van Vondels poëzie, verhaalt Brandt, was ‘'t allerleste het Bruiloftdicht op het huwlyk van Sybrant de Flines met Agnes Blok’; en van Agnes Blok schrijft Brandt: Vondel vond ‘in zynen ouderdom nergens grooter vermaak dan in haar gezelschap en gesprek.’ Agnes Blok
De uitnoodiging aan Sybrant de Flines ter begrafenis van Vondel
| |
[pagina 670]
| |
Begrafenispenning van Joost van den Vondel
‘Den lykdrageren werdt een zilveren gedenkpenningh, vertoonende aan d'eene zyde's mans beeltenis, en aan d'andre zyde een zingende zwaan, tot zyner gedachtenis, vereert’ (Brandts Leven, blz. 75). |
|