4 Mei
De geuzen hebben het vaderland niet kunnen heroveren. Heydrichs bloedhonden waren hen op het spoor. Vóór zij hun krijgsplan konden uitvoeren werden zij gegrepen.
Twee en zeventig zijn er bij het opengaan van de Mei terechtgesteld.
Twee en zeventig zijn er door den dauwigen morgen gegaan, die geurde naar bloesems en jong groen.
Over de helmen van het peloton hebben zij naar de zon gekeken, naar een verren toren, naar de rookpluim van een trein; vertrouwde beelden van het leven. En de dood wachtte op enkele passen afstand. Hij zocht nauwkeurig zijn doel. Hij sprong plotseling midden in hun bestaan.
Zij vielen; de een na den ander, twee en zeventig. Sommigen met een kreet; de meesten geluidloos, naast en door elkaar. Hun bloed vermengde zich. Zoo dronken zij de broederschap van den dood.
Auteursrecht onbekend