| |
15 Op den Feest-dagh van Ons L. Vrouwen Hemelvaert.
Stem: Repicava.
Want ghy nu van den Heer geroepen bent,
Want ghy nu van den Heer geroepen bent,
Die u een ander leven, wil geven,
Halen uyt dees werelt, vol elent;
En oock begraven voor een korten tijt,
En oock begraven voor een korten tijt,
Als ghy word voor drie dagen, gedragen,
Van de Apostelen met grooter vlijt,
| |
| |
Om u te vinden als men doen voorgaf,
Om u te vinden als men doen voorgaf,
Als sy vonden u doecken, in hoecken,
Sy worden al door droefheyt wee en laf,
Een Maget vol van deugd',
Ghy hebt haer harten doen haest weer verheugt,
Ghy hebt haer harten doen haest weer verheugt,
Als hooren 's Hemels Schaaren, verklaren,
U lof en prijs met seer groot geneugd',
Ghy zijt ten Hemel-waert;
Nu opgevaren weer van deser aerdt,
Nu opgevaren weer van deser aerdt,
Daer ghy nu zit ten toone, seer schoone,
Boven al Gods Heyligen, hoog vermaert,
Een Cipresse die op Zions berg staen,
| |
| |
Een Cipresse die op Zions bergh staen,
Een Palm-boom wel geladen, in Caden,
Een roose uyt Jericho op gegaen,
Ghy zijt van onsen Godt gebenedijt,
Ghy zijt van onsen Godt gebenedijt,
Boven vrouwen verheven, in't leven,
Ja al eer dat ghy noch geboren zijt;
|
|