Brieven uit de oorlogsjaren aan Theun de Vries
(1968)–Simon Vestdijk– Auteursrechtelijk beschermd82Doorn 5-7-'44 Beste Theun, Ik zal het erg prettig vinden je a.s. Zaterdag te zien, maar daar het M.S. nog niet voor de helft klaar is en ik de helft dáarvan nog niet missen kan, moet je het dáarvoor niet doen. Jammer, ik had ook al aan die vervelende treinbeperking gedacht. Maar dan zit er niet anders op dan dat ik het je bij kleine beetjes tegelijk stuur, over eenige tijd. Dat zien we dan later wel. Ik wou namelijk wel graag, dat je 't ding min of meer achter elkaar las; dat lijkt me voor deze roman wel noodig. De grootste helft is dialoog; zelfs voor mijn doen nogal veel. Ik denk, dat ik nu eens een roman ga schrijven heelemaal zonder dialoog. De dialoog is een akelig probleem; het hoort eigenlijk niet in de roman thuis (maar in een tooneelstuk), en men kan er toch niet zonder. Dit brengt me op jouw novelle,Ga naar voetnoot144 die ik in goede orde (en met eenige schrik!) ontving. Je springt hier namelijk buitengewoon sober en economisch met de gesprekken om. Ik geloof, dat dit ding bij herlezen nog veel wint; en ik vond het tóch al een van je beste - en meest verdienstelijke, gezien de moeilijkheden - producten. Ik zal 't boekje maar ergens in de tuin verbergen, zoo lang, en ik hoop, dat alle koopers dezelfde voorzichtigheid zullen betrachten! Swaertreger leek mij eerst een extra cryptische verminking, maar toen begreep ik wel, dat het een beetje anders moest zijn! In elk geval mijn hartelijke dank voor de toezending. Nu, beste kerel, ik ga maar weer door met overtikken. Met de correctie in het cahiermanuscript kom ik vandaag klaar; dus het ergste is achter de rug. Verder | |
[pagina 141]
| |
weinig nieuws, hè? De oorlog schijnt te ontaarden tot een soort materiaalslijtage aan weerskanten, overkoepeld door een soort vuurwerk, draadloos bestuurd. Het kan nog wel even duren, lijkt mij, al is de uitslag natuurlijk niet twijfelachtig. Hartelijke groeten van ons beiden, je Simon |
|