Het zichtbaar geheim(1915)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 255] [p. 255] De samenhang [pagina 257] [p. 257] De samenhang Ik volg het openplooien Van mijn gedachten uit een enkle kiem. Het wildste bloesemstrooien Gehoorzaamt unaniem De aandrift in 't zaad gebonden, Door gunst van lot en zorg gevoed - Want ramp en menschedwaasheid boet De plant met wonden. Als in mijn boeken elk gedicht Zich openspreidt, denk dan: De dichter houdt, zoo goed hij kan, Zijn bloesemende droom gericht Naar 't licht, [pagina 258] [p. 258] En weder-houdt zijn wil ervan, Dat die niet eigenmachtig grijpt In wat uit donker oerbeeld rijpt Tot wonder voor 't gezicht. Ik dank voor goede gunst van 't lot, Ik dank voor kracht van zorg in mij, Ik bid dat van mijn werk het slot Gedegen als zijn aanvang zij. Zoodat, wanneer ik de oogen sluit, De droom die eens mijn leven was, Blijft spieglen uit het stroomend glas Van mijn tot woord gevormd geluid. Vorige Volgende