Het zichtbaar geheim(1915)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 161] [p. 161] Aan een van hen Zoo gij alle lasten Van uw schouders vallen laat, Alle kleederen die u niet pasten Afwierpt voor het priester-koninklijk ornaat, - Zoo gij al de woorden, Waar de wereld u mee groet, Met geen siddring van uw lippe-boorden Beantwoordt, noch met aarzling van uw vasten voet, - Zoo gij noch bewondring, Noch van andren liefde vraagt, Maar voldaan zijt met in hooge afzondring 't Woord te wachten dat een schepping slaakt en draagt, - [pagina 162] [p. 162] Zoo gij kunt ontberen Leed en lust voor weelde en pijn Die het merg van de eenzamen verteren En het erfdeel van de roekeloozen zijn, - Ga dan waar die dwaasten Zitten, ver van mensch en wolk, Die van ster tot ster geen andre naasten Dan elkander hebben, 't Onverganklijk Volk. Vorige Volgende