De nieuwe tuin(1898)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] Een verloren meid. Ik dreef op leege zeeën - Een verloren meid - Een plas waar wolken gleën Hield zich bereid. Die heeft mij opgenomen In riet en wier, Ik lag er gewiegd in droomen Zonder vertier. Ik droomde van blauwe kusten Waarop ik stond; Mijn lief met mij: wij kusten Elkanders mond. Mijn eenige zeeën waren Zijn oogen: daar Werd ik een jong gebaren Van dag gewaar. [pagina 48] [p. 48] Daar wierp met gesloten oogen In zijn armen ik mij: Mij ontvingen er blauwe, die togen Mij waar ik lij' - - Vorige Volgende