Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888

C. Verwey aan A. Verwey [21.7.88]¹

Zaterdag ochtend

½ 8 uur.

Beste Albert.

Je zult het nu wel stil hebben te Katwijk, nu Paap en Boeken weg zijn.

De pakjes die je aan beide heeren meegegeven hebt, heb ik in goeden wel en stelstand ontvangen.

In bijgaand pakket zitten 2 kamermuilen voor Meneer Moos en zout voor 't eireneten. (Voor meneer Kloos zijn dat eigenlijk niet demikado maar toutkado muiltjes.)

Die Karsen is toch een goede jongen of hij houdt veel van je. Misschien wel allebei.

Daaglijks komt hij hier kijken, sjouwt met die groote dingen² naar de werkplaats, geeft standjes aan de meesterknecht enz.

Hij durft ze niet te verzenden omdat ze zoo slecht afgewerkt zijn.

Gister ochtend was hij hier al voor negenen omdat hij gehoord had, dat je in Amsterdam was. Dat was mis.

Hij zal je zeker wel geschreven hebben over 't een en ander.

1 Datering op grond van j.e. karsen aan a. verwey 20.7.88.

2 Waarschijnlijk pakken afdrukken van werk van Daubigny en Jacob en Matthijs Maris. Zie: j.e. karsen aan a. erwey 20.7.88.

[p. 475]

Hier gaat alles wel.

Gister een mooi dag gehad, nu weer bewolken.

Donderdag heeft moe zwaar hoofdpijn gehad den heelen dag nu weer gezond.

Je zal de familie te katwijk niet zien. Moe vindt 't jammer van 't geld, Margreet kan 't niet veel schelen. Anne alleen zou graag willen.

Groet Kloos van mij.

Hoe gaat 't hem?

Dag Albert

Chris

De groeten van Moe Margreet en anne & Jan³

3 Vermoedelijk Jan Verloop.