Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888
(1995)–Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermdJ.E. Karsen aan A. Verwey 20.7.88Amsterdam 20 juli 88. Beste Albert, 't lijkt wel of ze ons, daar bij R en HGa naar eind1 voor gek houden, of tenminste voor net zoo dom als ze zelf. Geloof me, de moeite voor jou is me niet te veel, maar ik maak me boos op die kerels. Den eenen dag hoor ik dat ze de photo's natuurlijk er zijn en als ik kijken ga vind ik photo's naar de HaanGa naar eind2 en een paar naar J. Maris die lijken op vensterruiten na een donderbui. Den anderen dag vind ik ze die er uitzien alsof er geen polietieverordening op het schoorsteenvegen bestond. Ik geloof te handelen zooals jij 't zou gedaan hebben, door zulke dingen niet te accepteeren. Eens ben ik er voor geweest naar 't Rustenburgerpad en Wenkebach beloofde mij er voor te zorgen maar toen ik ze nog éens zoo slecht terugkreeg ben ik gegaan naar Hübner Himself. Die goede man is boos geworden ofschoon ik zeer kalm bij de feiten bleef, hij zei dat we nu maar moesten wachten zoolang 't hem beliefde. Ik heb aan Wisselingh geschreven of hij ook vast de kinderkopjesGa naar eind3 en de Daubigny's wilde hebben. Je waart gisteren in de stad, wij van Looi en ik hoorden dat bij juffrouw Clausen, waar L zijne Copie van de nacht- | |
[pagina 474]
| |
KactusGa naar eind4 bracht. Ze zei ons dat je om 10 u weer naar Katwijk vertrok, waarop wij naar den trein zijn gegaan, zonder je echter te vinden. Van morgen ben ik ook nog aan je huis geweest, of je daar ook waart. Doe me het genoegen en geef, als je in stad komt, me dat stukje over de HaanGa naar eind5 nog eens terug, ik moet het beteren. Ook heb ik er nog wat bij geschrevenGa naar eind6 nadat ik die stinkende brochure van ZürcherGa naar eind7 gelezen had. Zeg svp aan Boeken dat ik verder niets gehoord heb van den Heer Thiele, over mijne teekening.Ga naar eind8 Groet de lui voor je toegenegen: J.Ed. Karsen. Zaturdag ga ik naar de kamer van Veth op de Overtoom 71. |
|