Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888
(1995)–Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermdA. Verwey aan W.A. Witsen 13.5.88Ga naar eind1 Rozengracht 57 Amsterdam Zondagochtend 13 mei '88
Ik geloof, Wim, dat ik op 't oogenblik niets plezieriger vind dan briefschrijven, tenzij dan dat ik nog éen ding weet dat prettiger is, en dat is: | |
[pagina 426]
| |
jou een brief schrijven. God nee! Het is geen kompliment. Dat ik nu zoo graag een brief schrijf komt daarvandaan dat het - Zondagmorgen - nog geen half negen - dat het het eerste uur is sints ik weet niet hoeveel dagen dat ik een beetje tot mezelf inkeer en een eindje terugkijk. Gisteren in Bussum gedineerd - Hans was jarig, - en er zijn van die dingen die ik niet doen kan of de stuk of wat groote overtuigingen, de wreede, lieve fataliteiten van het leven hou'en eenzaam huis binnen in me en intimideeren me met hun gezichten vol om-te-hater-groote goedheid, zoo dat ik niets anders doen durf dan zeggen: ja, lieve, goeie fataliteiten - Amen, wijze, heerlijke, onverbiddelijke goedheden. - O, ik zou ze niet gehoorzamen, als ik ze niet liefhad; als ze niet door het recht van hun wijsheid de opzieners waren geworden onder mijn domme gemeente van gedachten. De mopperaars horde[?] zullen wel stil worden onder dit briefschrijven. |
|