Gezangen der vrije-metzelaaren

[p. 92]

Antwoord van den ouden venerable meester.

Op dezelfde Wijs.

Ik smaakte nimmer, meer genoegen,

Dan op deez' dag, en in dit uur;

Gij komt u allen tot mijn voegen,

Met dankbaarheid voor mijn bestuur.

'k Had langer graag dien Post gedraagen,

Dan is te zwaar, vol van gewigt.

'k Ben thans op mijn verzoek ontslaagen;

Gij hebt mij op het duurst verpligt. (bis.)

Wanneer ik ben te kort geschooten,

In deez' verheeve en schoone Kunst,

Het heeft mij zelven 't meest verdrooten;

Bedek dat liefd'rijk met uw' gunst;

[p. 93]

 

Ik wensche aan deeze Broederrijen,

 

Volmaaktheid door de Vriendschapsband;

 

Dat ze in hun werken zich verblijen;

 

Hun Wijsheid groeije hand aan hand. (bis.)

Het nieuwe Licht moet lange schijnen,

Op deeze Throon in volle glans;

't Moet niet dan spa van daar verdwijnen:

Zijn glans blijv' hel aan de Oostertrans!

Door Wijsheid moet deez' Tempel bloeijen!

De Schoonheid zij haar tot cieraad!

Dat Sterkte hem ten top doe groeijen!

Ja eeuwig blinkt zijn schoon gelaat! (bis.)