Ik ben ik(1966)–Jan Vercammen– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] De man uit de maan De man uit de maan kwam voor me staan en vroeg de weg naar Gent. Ik zei: ‘Hou zuid!’ Hij zei: ‘Schavuit!’ Wat zeg je van zo'n vent? De man uit de maan kwam voor me staan en vroeg de weg naar Namen. Ik zei: ‘Hou noord!’ Hij zei: ‘Ga voort!’ En beiden zeiden we: ‘Amen!’ De man uit de maan kwam voor me staan en vroeg de weg naar Londen. Ik zei: ‘Hou west!’ Hij zei: ‘Dat 's best! Ik breng je duizend ponden.’ De man uit de maan kwam voor me staan en vroeg de weg naar Vervooruit. Ik zei: ‘Hou oost!’ Maar hij werd boos. Ik zei: ‘Hou west!’ Hij zei: ‘Naar nest!’ Ik zei: ‘Hou noord!’ Hij sprak geen woord. Ik zei: ‘Hou zuid!’ en ik riep luid: ‘UIT!’ Vorige Volgende