Het huis ten einde(1971)–Jan Vercammen– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 68] [p. 68] Van de hoeve De hoeve hangt onwezenlijk en onbewoond opgelicht door de tijd uit de kern der aarde. Maar de tijd zijn wij: zijt gij, ben ik afzonderlijk. Wij kunnen niet in hem tezamen zijn als niet een god uit onze liefde wordt geschapen: een nova die een ogenblik het ademen van het heelal vertraagt. Ik honger naar een god maar het heelal is zonder hem reeds vol, daarbuiten is er slechts afwezigheid. Maar mijn afwezigheid zal anders zijn dan mijn afwezigheden waren toen ik nog weerstond aan de toxinen van mijn kindertijd. Vorige Volgende