Het doode kindje Eric
(1936)–Jan Vercammen– Auteursrecht onbekend
[pagina 5]
| |
AAN ZIJN VADER EN ZIJN MOEDER EN ZIJN ZUSJE GODELIEVE. | |
[pagina 7]
| |
[pagina 8]
| |
Ik ken zoomin den dronken bloei der tropen.
- misschien is u daarvan een vreemde bloem verwant? -
ik ken den roep der dieren niet, die mij ontloopen,
- en wellicht was uw taal die van mijn vaderland.
Ons water waschte u rein, u mocht ons vuur verwarmen.
Ons wijde water draagt onwillig onze boot,
ons hooge vuur brandt met zeer weigerig erbarmen,
en gij zijt aan onze aarde, ons vuur, ons water groot.
|
|